In 1970 nam de stad Velenje uit voormalig Joegoslavië deel aan een jongerenuitwisseling. Vanaf dat moment maakte Velenje deel uit van een kleine kring van steden uit heel Europa die met elkaar verbonden waren. Connie, een organisator uit Schiedam, een stad die daar ook deel van uitmaakte: “Dat vond iedereen bijzonder. Kijk naar Zweden en Engeland en Duitsland en Frankrijk: je vond het leuk om elkaar te ontmoeten maar dat was niet ongebruikelijk. Maar een groep van achter de IJzeren Gordijn, dat was natuurlijk wel wat. Die mensen uit Velenje, die deelnemers hadden het gevoel: we zijn nu in Esslingen en in Schiedam, wij Joegoslaven zijn vrij omdat we dit nu mogen. Maar er waren zoveel beperkingen die daar toegepast waren waarvan we net dachten, wat gebeurt hier?”
“The young Europeans may not take the idea of ‘making Europe’ as seriously as their elders; with no memories of war, the talk of reconciliation is just as boring. But they are able to live Europe more casually, to pick up movements far more quickly, and to have a common aim, at least, in wanting to get rid of the Old Europe. It may not be quite the kind of aim that their parents had in mind; but then nothing in Europe has works out quite as planned.”
Jeugduitwisselingen in de zestiger jaren en de eenwording van West-Europa.
Joop Daalmeijer: het heeft me wel, het heeft me mee gevormd. Ik kom uit een gezin, wij hadden niet veel geld dus heel veel naar het buitenland reizen was geen sprake van. En we gingen naar familie in Brabant om vakantie te houden. Dan zaten we daar op de boerderij. Meer geld was er niet. Dan werden de fietsen vervoerd met een expeditiebedrijf, dan konden we daar fietsen. Dus dit was voor mij de mogelijkheid om mij naar het buitenland te komen. Dat heeft me mee gevormd. Als dat niet gebeurd was was het de vraag of ik was gekomen maar ik nu ben gekomen! Ik heb nog steeds vrienden in Norrkoping in Zweden, in Stockholm. Dat zijn natuurlijk inmiddels ook zestigers en in Frankrijk niet te vergeten, in Vienne. En ja, het heeft mijn blik op de wereld toch verruimd, heeft echt verruimd. En ik ben een absolute Europeer. En niet omdat ik zaken kan doen met Duitsland of met Frankrijk. Maar omdat we samen sterker zijn.
Anton, student Tropische Bosbouw te Wageningen was jeugd groepsleider in 1968. “Dat gevoel voor Europa. Dat heeft op mij wel effect gehad en dat gebeurde niet door dat ik daar lezingen kreeg, als mensen mij daar iets over vertelden maar dat gebeurde gewoon doordat je samen naar bijzondere plekken ging waar je over die plekken wat hoorde, wat wel natuurlijk enigszins met de Duitse cultuur in Esslingen of de Welsch cultuur van doen had, dat hele achterland van Neath van Wales, een hele bijzondere plek die… ik ben nog ooit is teruggeweest om daar een dramaserie te maken, heb ik er weer rondgereisd omdat ik het zo bijzonder vond.”
“Moet je nagaan: 1967, ik ging met een gemengd gezelschap veertien dagen erop los en daarna kreeg ik veertien dagen een gastheer thuis. De gemeente had elke dag lange excursies georganiseerd. Dat had natuurlijk te maken met het feit dat Duitsland bezig was met reputatieherstel.”
Friends in a Cold Climate onderzoekt het fenomeen ‘stedenbanden’ om te zien wat er schuil gaat achter de borden die soms aan een gemeentegrens staan. Borden met buitenlandse namen die staan voor uitwisselingen tussen jongeren, burgers en functionarissen ter bevordering van vrede, veiligheid en voorspoed. Hoe zagen zij een rol voor zichzelf weggelegd in het Europa van toen?
Johannes J. (Han) van der Horst (Schiedam, 1949) is een Nederlands historicus, auteur van boeken over historische onderwerpen en blogger bij Joop.nl. Han van der Horst werkte van 1978 tot 2012 bij de Nuffic, de Nederlandse organisatie voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs. Hij was een aantal jaren boekbespreker bij het VPRO-radioprogramma OVT, dat in teken staat van geschiedenis. Van der Horst is voorzitter van het Comité Open Monumentendagen Schiedam. Zijn boeken over geschiedenis zijn geschreven voor een breed publiek en worden uitgegeven door onder andere het Schiedamse Scriptum(bekend van Snoecks), Prometheus of Polak & Van Gennep. Hij was ook vaste radiocolumnist bij Radio Rijnmond (2011-2015). Sinds januari 2016 is hij radiocolumnist bij het Zuid-Hollandse regionale radioprogramma De Late Avond. (Bron: Wikipedia)
Burgers op zoek naar gemeenschappelijke grond in een verdeeld Europa.
Ben Schennink, oud wetenschappelijk medewerker van het Studiecentrum voor Vredesvraagstukken -overgegaan in het Cicam in Nijmegen- en bestuurslid van Pax (Pax Christi/IKV) vertelt over het begin van het verzet tegen kernwapens door de kerken.
Het zijn dissidenten uit de Warschaupact landen die, begin jaren tachtig zijn gesteund door de Helsinki-Akkoorden, een meer civiele samenleving proberen te ontwikkelen waarin burgers een grotere rol spelen. Deze beweging sluit direct aan bij de manier van denken en werken van organisaties als het IKV en Pax Christi. In de strategie van de Nederlandse vredesbeweging, die ‘Ontspanning van Onderop’ wordt genoemd, worden burgers en lokale organisaties betrokken bij de grote geopolitieke vraagstukken, zij moeten een rol gaan spelen in het ontmantelen van de vijandbeelden die tussen de Sovjet-Unie en West-Europa bestaan.
Het project ‘Ontspanning van Onderop’ (werktitel) onderzoekt het erfgoed van deze beweging die zijn grondslag heeft in de periode direct na de tweede Wereldoorlog. De vraag die bij dit project wordt gesteld is of de burger van tegenwoordig een stem kan hebben in het geopolitieke krachtenveld, in kwesties met betrekking op oorlog, dreiging en vrede. Er wordt met dit project uitgegaan een oude initiatieven zoals dat van de ‘stedenband’ waarbij burgers van partnersteden in staat worden gesteld om met elkaar in contact te komen om elkaar op gemeentelijk niveau beter te leren kennen.
Het idee van de stedenbanden kreeg een nieuwe impuls in de periode na de Tweede Wereldoorlog. Vanuit een dringende behoefte aan verzoening werden er onmoetingen georganiseerd tussen burgers van verschillende landen om op die manier aan gevoelens van vijandschap voorbij te kunnen gaan. Anno 2018 zijn er zo’n 20.000 stedenbanden in Europa waarvan 2200 tussen Frankrijk en Duitsland. In de ogen van het tegenwoordige publiek zijn stedenbanden vaak wat stoffig, ze dragen een imago van vriendelijke wellevendheid met zich mee.
Ben Schennink, oud wetenschappelijk medewerker van het Cicam in Nijmegen en bestuurslid van Pax (Pax Christi/IKV) vertelt over de beginjaren van Pax Christi en over de opdracht van kardinaal Feltin: “Gebed, Studie, Actie!”.
Maurice Kardinaal Feltin, aartsbisschop van Parijs, tijdens een rede voor de ambassadeurs in Frankrijk op 21 december 1951:
Studie: “Dat is juist het tweede doel van Pax Christi: centrum van studie zijn. Centrum van voorlichting allereerst, om de publieke opinie wakker te schudden en te vormen, die gevangen zit in de lenzen en vastgeroeste vooroordelen van de grote persbureaux; en om in het licht van de christelijke beginselen een internationaal verantwoordelijkheidsbesef aan te kweken, eerst bij de katholieken en dan, door hen, bij al hun landgenoten. Op de tweede plaats centrum van voortgezette studie, waar specialisten van de vrede samenkomen voor verder onderzoek: economen,sociologen, theologen en andere wetenschappelijk gevormden. Zij zullen elkaar voornamelijk ontmoeten ter vruchtbare bespreking van de moeilijkste problemen, waarvoor de pioniers van een wereldvrede komen te staan. Behalve gebed en studie streeft Pax Christi nog een derde doel na: het wil een haard van actie zijn.” (bron: “De Weg Naar Vrede, Nelissen. 1954, Bilthoven)
Feltin gaf de beweging de woorden gebed, studie en actie mee, om te voorkomen dat de beweging “de zoveelste vrome, brave, burgerlijke gebedsbeweging” werd . De invulling van deze woorden (gebed, studie, actie) in het vredeswerk verschilde door de jaren heen.
Het aspect ‘actie’ betrof voettochten, de Vredesweek, lobbying en druk uitoefenen op de nationale en lokale politiek, demonstraties tegen kernwapens, en de strategie ‘Ontspanning van Onderop’ die, onder andere, inhield dat burgers van alle mogelijke gezindten werden betrokken bij de oprichting van stedenbanden met voormalige Oostblok landen. Een aantal van die stedenbanden bestaan nog. Ze moeten tegenwoordig doen zonder de wetenschappelijke ondersteuning van voorheen en de Landenkringen waar ze deel van uitmaakten zijn opgeheven door geldgebrek. Het ‘gebed’ in het motto van Feltin is door de ontkerkelijking minder hoorbaar maar is bijvoorbeeld in een seculiere variant terug te vinden in de studie van Mark Elchardus: ‘Voorbij het Narratief van Neergang’. (Lannoo. 2015, Tielt).
Wij gebruiken cookies om onze website en onze service te optimaliseren.
Functionele cookies
Altijd actief
De technische opslag of toegang is strikt noodzakelijk voor het legitieme doel het gebruik mogelijk te maken van een specifieke dienst waarom de abonnee of gebruiker uitdrukkelijk heeft gevraagd, of met als enig doel de uitvoering van de transmissie van een communicatie over een elektronisch communicatienetwerk.
Voorkeuren
De technische opslag of toegang is noodzakelijk voor het legitieme doel voorkeuren op te slaan die niet door de abonnee of gebruiker zijn aangevraagd.
Statistieken
De technische opslag of toegang die uitsluitend voor statistische doeleinden wordt gebruikt.De technische opslag of toegang die uitsluitend wordt gebruikt voor anonieme statistische doeleinden. Zonder dagvaarding, vrijwillige naleving door je Internet Service Provider, of aanvullende gegevens van een derde partij, kan informatie die alleen voor dit doel wordt opgeslagen of opgehaald gewoonlijk niet worden gebruikt om je te identificeren.
Marketing
De technische opslag of toegang is nodig om gebruikersprofielen op te stellen voor het verzenden van reclame, of om de gebruiker op een site of over verschillende sites te volgen voor soortgelijke marketingdoeleinden.