Wordt de vergaderplek van het Bazenbondje ook een co-orporatieve vereniging?

Het stamlokaal van verenging Ons Belang staat te koop. Op deze plek zijn veel vergaderingen van het Bazenbondje gehouden, het maakt daardoor deel uit van het erfgoed van de vereniging. Als de nieuwe koper van het cafe een woonhuis maakt is dat zeker een verarming voor de vereniging en en voor de buurt. Vandaar een gezamenlijk initiatief van buurtbewoners om het cafe te kopen. Een nieuw hoofdstuk in de Kroniek van een Bazenbondje breekt aan.

14993475_1243068069049337_71072490984646808_n

Co-operatief erfgoed binnen een lokale gemeenschap

De lokale krant de Echo besteedde op 9 november 2016 aandacht aan de verenigingen Ons Belang en Gedenkt te Sterven.

Deze organisaties hebben de co-operatieve beweging van Nederland genomineerd voor de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Efgoed van Unesco Nederland. Het is heel treffend dat deze grassroots organisaties dit belangrijke nieuws bekend maken binnen de gemeenschap waar ze ook uit voort zijn gekomen. Ons Belang, een Broodfonds avant la lettre bestaat sinds 1905 en Gedenkt te Sterven, een uitvaartverzekering, is opgericht in het jaar 1828.

echo

 

 

 

Wat het Verzet uit WOII te maken heeft met bescherming van Data.

Op donderdag 10 november vindt er een zeer speciale publiekspremière plaats van de spannende thriller img_2409Snowden. Na afloop van de voorstelling is er via live video verbinding een Q&A met de echte Edward Snowden vanuit Rusland!

De focus van de Q&A ligt op het onderwerp online privacy. Snowden wordt in 2013 wereldwijd bekend nadat hij geheime documenten over spionageactiviteiten van de Amerikaanse veiligheidsdienst NSA naar de media lekt. Om die reden loopt momenteel een FBI-arrestatiebevel tegen hem uit, waardoor de klokkenluider in Rusland verblijft. (Bron Pathe Bioscopen, 9 november 2016).

scan1944. Ook de klerk van de politie-administratie en zijn chef W.J.A. de Jager zetten een belangrijke stap. Zij doken onder toen Knook op 2 november 1944 te maken kreeg met een opdracht die afkomstig was van kolonel Boelstra.

Die verordonneerde namelijk dat er een lijst opgesteld moest worden met namen van Schiedamse politieambtenaren die in aanmerking kwamen voor de gehate Arbeidsinzet. Knook moest dat bevel uitvoeren en had het er moeilijk mee. Hij raadpleegde zijn chef de Jager en ook die vond het een onmogelijke taak. Beiden namen toen het besluit daar niet aan mee te werken en onder te duiken. Ze verschenen niet meer op het bureau nadat ze eerst een deel van de politieadministratie hadden meegenomen. Jan Knook dook onder en ook de Jager verdween spoorloos. ze werden niet door de Duitsers gevonden. (Bron: Schaduwen over Schiedam, gebeurtenissen en belevenissen tijdens de bezettingsjaren 1940-’45, uitgave Fonds Historische Publicaties Schiedam i.s.m. Historisch Archief Schiedam).

In archieven, mail en telefoonbestanden van burgers wordt regelmatig ingebroken door spionagediensten als de CIA en NSA. Ook andere grootmachten doen daar aan mee. Wikileaks en de onthullingen van Edward Snowdon maken duidelijk dat dat op grote schaal gebeurt.

De overeenkomst tussen de Nazis uit 1944 en de Amerikanen van nu lijkt vergezocht. Het gevaar van repressie ligt echter wel op de loer. Het probleem is namelijk dat veel overheden niet democratisch accountable willen zijn voor hun onderzoeksactiviteieten. De VS is via de NSA al overgegaan tot maatregelen als het onder druk zetten van instanties als Google en Facebook. Deze worden gedwongen om hun gegevens af te staan. Gegevens van Mail en telefoon worden ook afgetapt, wereldwijs. Misschien wordt het tijd om te zeggen, samen met  W.J.A. de Jager en vele anderen uit die tijd, dat inzage in persoonlijke gegevens en bedrijfsmatige data niet zonder meer toegestaan kan worden. De geschiedenis wijst uit dat het verstandig is om archieven en data te beschermen. Om over het recht op vrijheid en privacy maar niet te spreken.

Over de gevolgen van het onderduiken van W.J.A. de Jager. 

De vrouw en zeven kinderen van W.J.A. de Jager werden, na het verdonkeremanen van de politiearchieven, regelmatig gepest door de Duitsers, die hem graag te pakken wilden nemen. Om represailles te ontlopen is het gezin, verspreid over verschillende gezinnen, ondergedoken. Op de dag van de Razzia van Rotterdam, op 10 november 1944, verbleef de 17-jarige zoon van W.J.A. de Jager, Wim, in het huis van een vriend, Frans Mineur. De vader van Frans besloot tegemoet te komen aan het bevel van de Duitsers, Frans moest maar gaan. Wim had daardoor ook geen onderdak meer en ging, ten arren moede, met zijn vriend Frans op pad naar de schuiten die ze via Wezep naar Duitsland zouden brengen.

Kijk ook op: https://easy.dans.knaw.nl/ui/datasets/id/easy-dataset:57456

De Coöperatieve Beweging op de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed

De verenigingen Ons Belang (1905) en Gedenkt te Sterven (1828) hebben een aanvraag ingediend om de Coöperatieve Beweging op de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed geplaatst te krijgen. De aanvraag wordt ondersteund door het Nationaal Cooperatie Museum en wordt onderbouwd door het researchproject Kroniek van een Bazenbondje dat met medewerking van de researchgroep ‘Institutions for Collective Action’ van de Universiteit van Utrecht tot stand is gekomen. De toetsingscommisie buigt zich in november over de aanvraag, de datum is nog niet bekend. Deze Nederlandse aanvraag loopt parallel aan die van de Duitse Friedrich Wilhelm Raiffaisen en het Hermann Schultze-Delitzsch Gesellschaften, die een voordracht hebben gedaan om de Genossenschaften op de Werelderfgoedlijst van Unesco te plaatsen.

 

De ontwikkeling van vereniging ‘Ons Belang’ vanaf 2005

Hoewel in 1984 een beslissing werd genomen over het voortbestaan van de vereniging werd er niet besloten hoe dit de vereniging eruit moet komen te zien. Er wordt nog wel rekening gehouden met eventuele uitkeringen, maar deze worden nauwelijks nog aangevraagd.

dominoNu we door het eerste deel van dit onderzoek weten hoe de vereniging tot stand is gekomen en door het tweede deel hoe de vereniging omging met de veranderende tijden, is het nu tijd om te kijken naar de huidige staat van het Bazenbondje. In het jaar 2005 bestond het Bazenbondje 100 jaar en kwam het begrip participatiesamenleving steeds meer in zwang. Hoewel het begrip al werd gebruikt door Wim Kok tijdens een PvdA-congres in 1991, is de term pas de afgelopen jaren bij het grote publiek bekend geraakt. Binnen een participatiesamenleving krijgt de burger meer verantwoordelijkheid en wordt geacht zelf vorm te geven aan zijn toekomst en bij te dragen in de samenleving. In 2005 werd in de Tweede Kamer betoogd dat burgerparticipatie mogelijk moet worden gemaakt en moet worden bevorderd.[1] Het jaartal 2005 als startpunt van dit deel van het onderzoek is dan ook niet toevallig gekozen, het Bazenbondje arriveert in een nieuw economisch-maatschappelijk tijdperk. De kredietcrisis van 2007 maakt vervolgens duidelijk dat er geen weg terug is.

[1] Maria Vreugdenhil, Nederland Participatieland? De ambitie van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) en de praktijk in buurten, mantelzorgrelaties en kerken (Amsterdam 2012) 13

De coöperatieve bank als functioneel erfgoed

Posters in Merano in Italie vertellen waar de Raifeissenbank vandaan komt. De volledige campagne suggereert dat er toekomst zit in het oorspronkelijke idee, wat bijzonder is i2016-08-28-PHOTO-00000011n een tijd waarin coöperatieve banken onder druk staan om steeds meer corporate te gaan functioneren.

Duitsland heeft in 2015 de Genossenschaften voorgedragen voor de Werelderfgoedlijst van Unesco. Stichting Reis van de Razzia heeft de Nederlandse coöperatieve praktijk voorgedragen voor de Nederlandse inventaris Immaterieel Erfgoed. De aanvraag wordt ondersteund door het Nationale Coöperatie Museum in Schiedam. De beslissing om de Duitse aanvraag te honoreren valt in november 2016.

Postercampagne in Merano, Italie
Postercampagne in Merano, Italie. augustus 2016

 

De jaren van de Verzorgingsstaat (3)

Meerpad te Nieuwendam. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Meerpad te Nieuwendam, 1965. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Het functioneren van de vereniging na de Wederopbouw.

Nadat het duidelijk is geworden hoe de vereniging functioneert in tijden waar de doelstelling een maatschappelijke noodzaak is, in de jaren van 1905 tot 1940, zal in het tweede deel een sprong worden gemaakt naar het jaar 1966. De reden hiervoor is dat er in de oorlogsjaren nauwelijks vergaderingen zijn door de Duitse bezetting en er in de eerste jaren na de oorlog weinig verandert in de formele uitvoering van de vereniging. Het jaar 1966 is echter niet geheel willekeurig, aangezien de notulen die gemaakt zijn tussen 1950 en 1966 ontbreken. In deze periode, waar de welvaartsstaat al een duidelijke rol speelt binnen de maatschappij, probeert het Bazenbondje mee te gaan met de veranderende tijden en lijkt de oorspronkelijke doelstelling een minder grote rol te spelen. Toch wordt er aan de regelementen niet getornd en het Bazenbondje probeert een rol in de Nieuwendamse ondernemersgemeenschap te blijven vervullen. Hoe wist het Bazenbondje deze periode te overleven? Wat is de rol van het erfgoed en de cultuur van het Bazenbondje? Deze tweede periode eindigt in 1984, waarbij de opheffing van het Bazenbondje wordt besproken en er gesproken wordt over de functie van het Bazenbondje in de toekomst.

(Uit het onderzoeksverslag ‘Kroniek van een Bazenbondje’ door Joost Vinke)

Challenge for Change, social media uit de jaren 70

Kroniek van een Bazenbondje is een onderzoeksproject waarbij gebruik wordt gemaakt van de historische methode ‘Challenge for Change’.

image_15_cfc_logoChallenge for Change was een film en video prgramma dat is gecreerd  door de National Film Board of Canada (NFB). Het drijvende idee achter het programma was de overtuiging dat film en video effectieve instrumenten waren om sociale verandering binnen Canadese gemeenschappen te faciliteren. Feedback op de films was essentieel om tot een ‘community loop’ te komen, een manier image0053waabij de participanten invloed uit konden oefenen op het proces en daarmee op het lopend gesprek. Een belangrijk project binnen het programma was het ‘Fogo process’ dat werd opgezet door Memorial University of Newfoundland.

Op de website www.vimeo.com/channels/bazenbondje zijn een aantal fragmenten van interviews en reportages te zien die gaan over ondernemerschap, de doelstelling van de vereniging, arbeidsongeschiktheid en over de geschiedenis van Nieuwendam. De website facilitaire het gesprek over het erfgoed en het nut daarvan voor de coöperatieve vereniging Ons Belang, oftewel het Bazenbondje.

‘Erfgoed is geen gegeven maar een constructie. Het is het resultaat van het opplakken van een etiket. Maar dat is niet genoeg. Erfgoed is alleen erfgoed als anderen het als zodanig herkennen, bevestigen en bediscussiëren, en dat laatste moet niet over het hoofd worden gezien. Het is het voorlopig resultaat van een gecompliceerd proces van onderhandelen, waarderen en selectie, waarbij machtsverhoudingen een rol spelen naast vele andere factoren,waaronder en aantal bijzonder praktisch zijn’. (Uit de inaugurale rede van Prof. Dr. Hester C. Dibbits aan het Center for Historical Culture (ESHCC) of Erasmus University Rotterdam on 16 October 2015).

Kroniek van een Bazenbondje maakt deel uit van het hierboven beschreven proces door het toepassen van een Challenge for Change werkwijze. De oorspronkelijke filmopnames bestaande uit interviews en reportages zullen in hun volledigheid worden gearchiveerd in DANS, het digitale archief van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen KNAW. Een verslag van de resultaten van het proces worden hier bijgevoegd evenals de doorzoekbare transcripties en de resultaten van historisch onderzoek. Dit historisch onderzoek wordt uitgevoerd door Stichting Reis van de Razzia in samenwerking met de Universiteit van Utrecht.

Screen Shot 2016-06-06 at 15.59.26

 

In memoriam: Henk Hofland

 

Interview met henk Hofland voor Reis van de Razzia
Interview met henk Hofland voor Reis van de Razzia

Hendrik Johannes Adrianus (Henk) Hofland (Rotterdam 20 juli 1927 -21 juni 2016 was een Nederlandse journalist, columnist, essayist, romancier en schrijver. Hij ontving de P.C. Hooft 2011 en werd in 1999 door zijn collega’s uitgeroepen tot dé Nederlandse journalist van de twintigste eeuw. (Wikipedia)

Henk Hofland had ook zitting in het Comite van Aanbeveling van Stichting Reis van de Razzia. Hij ontsnapte ternauwerdood aan de razzia van Rotterdam in november 1944. In een gefilmd interview schetst Hofland onder andere de jaren van wederopbouw en verzet tegen de heersende machthebbers. Het volledig interview is hier te zien: INTERVIEW HENK HOFLAND.

Uit dit interview volgt hieronder een tekstfragment.

‘De omgeving maakt de mensen natuurlijk ook hè, je maakt niet jezelf en ik heb het gevoel dat ik nadat de school gesloten was beter tot mijn recht ben gekomen. Een vrije jongen. Alles doen wat God verboden heeft. En Jezus ja, wat, ik heb mij geen seconde verveeld in de Hongerwinter! Er was geen gezag meer. Het gezag was absoluut verdwenen. Het schoolgezag was verdwenen. Mijn ouders heb ik altijd wel respect voor gehad. Maar gezag is iets anders. En mijn vader was niet iemand die mij commandeerde, het was geen strenge man of zo. En mijn moeder ook geen strenge vrouw. Dus ik heb altijd mijn gang kunnen gaan en dat heeft mij zeer bevallen! Ik heb wat dat betreft in de Hongerwinter de afsluiting van een zeer gelukkige jeugd gehad.’

‘De mensen die probeerden mij te commanderen, die schreeuwen tegen een muur. Dat is mij absoluut vreemd. De commando’s die ik van mijn eerste hoofdredacteur kreeg, bijvoorbeeld: “meneer Hofland”, ik krijg telefoon van iemand uit Den Haag en “ik zou het op hoge prijs stellen als u die te woord stond”. Goed, dus daar komt inderdaad telefoon uit Den Haag, “ja, met Pietersen, kan ik met u praten?”. “Ja, zeker, natuurlijk”. We gaan naar de (…) en daar drinken we een kopje koffie en die Pietersen, die ontpopt zich als een lid van de BVD, de voorloper van de CIA en NSA, hoe vind je dat? “Wij vinden een zeker iemand een verdacht persoon en wij zouden het op hoge prijs stellen als u af en toe een rapport over hem indiende, bij ons, en daarvoor kunt u een ruime declaratie indienen”. Nou, ik zei “meneer Pietersen, u bent aan het verkeerde adres, even goede vrienden, maar de groeten”. Later hoorde ik dat er journalisten zijn geweest die op de betaallijst van de BVD stonden en de BVD schoof flink , hoe vind je het? Allerlei dingen waarvan men zegt “je moet” dan denk ik “bekijk het, dat doe ik niet!”.

‘Commons’ en Sharing Economy

In het kader van Europese wetgeving gericht op transparantie komt er meer druk op de kleine coöperatieve verenigingen komt te staan. Ook de grote zorginstellingen stellen contractuele eisen waar kleinere coöperaties moeilijk moeilijk aan kunnen voldoen. (Bron: Researchgroep Institutions for Collective Action, Universiteit van Utrecht).

Kleinere coöperaties in Nederland krijgen steeds moeilijker en worden incidenteel zelfs opgeheven. Voor instituten die zich oorspronkelijk op eigen kracht hebben moeten oprichten is deze bemoeienis moeilijk te verteren, zeker als hij eerder beperkend is dan stimulerend. Een nieuwe waardering van het coöperatief erfgoed kan een goede stimulans zijn voor een sfeer van openheid waardoor er gezamenlijk kan worden gezocht naar antwoorden. Er zal ook overeenstemming moeten zijn over wat de coöperatieve gedachte inhoudt. Er is een plethora aan nieuwe initiatieven die misverstanden in de hand werken. Zo’n misverstand is dat ‘the sharing economy’ een vorm van ‘commons’ is en daarmee een soort cooperatie kan zijn.

Afbeelding: Meridian 180 forum "Sharing Economy"
Afbeelding: Meridian 180 forum “Sharing Economy”

Brian Van Slyke en David Morgan stellen op hun website “Grassroots Economic Organizing’ dat: ‘Sinds de recessie zijn er meer en meer mensen op zoek naar economische alternatieven. Men zoekt naar mutuele oplossingen in plaats van de “het is ieder voor zich” filosofie. In de kern is de ‘sharing economy’ echter een regeling om de risico’s van bedrijven te verschuiven naar individuen met de bedoeling om enorme winsten op te strijken met lage vaste kosten’. Deze ‘sharing economy’ bedrijven behoren tot de oude extractieve economie maar werken onder de vlag van de nieuwe generatieve economie. Ze doen zich voor als commons, als coöperatieve bedrijven en instituten maar zijn het niet. Deze verwarring van definities wordt onderschreven door prof. Tine de Moor van de Universiteit van Utrecht. Zij pleit voor een helder onderscheid waardoor de kwaliteiten van de coöperatieve beweging in onze veranderende verzorgingsstaat tot hun recht kunnen komen.

1844 - Rochdale Pioneers Society established
Afbeelding (www.co-operative.coop): 1844 – Rochdale Pioneers Society established

De coöperatieve beginselen zijn wezenlijk verschillend van veel bedrijven die zich groeperen onder de sharing economy. De definitie van een coöperatie -volgens Rochdale- is dat heteen autonome vereniging is van personen die zich vrijwillig hebben verenigd om hun gemeenschappelijke economische, sociale en culturele behoeften te versterken door middel van gezamenlijk eigendom binnen een democratisch gecontroleerde onderneming of instituut, gereguleerd door met elkaar overeengekomen beginselen. Het gaat niet om de rechtsvorm coöperatie, als aan de beginselen tegemoet wordt gekomen, als aan de beginselen wordt beantwoord is er sprake van een coöperatie.

bbondje_rood_achterland_basisHet onderzoek ‘Kroniek van een Bazenbondje’ dat word uitgevoerd door Stichting Reis van de Razzia is medio september 2016 beschikbaar . Uit het verslag wordt verder duidelijk waar de traditie uit bestaat, hoe hij geworteld is in de samenleving en wat de historische verbanden en achtergronden zijn. (Dit is het fragment van een tekst uit de aanvraag om de coöperatieve beweging te plaatsen op de lijst van de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed Koninkrijk Nederland)